Vanaf 1 januari 2019 zal het lage BTW tarief van 6% naar 9% worden verhoogd. Deze verhoging van het BTW tarief raakt ons allemaal, op plekken waar u het zou verwachten maar ook op plekken waar u niet direct bij stil zou staan. Wij vertellen u waarop de BTW verhoging van toepassing is en wat dit voor u kan betekenen. Om u een beeld te geven hoe de BTW verhoging in de praktijk kan uitpakken, geven we een rekenvoorbeeld.
Waarop van toepassing?
Zonder dat we het misschien weten is de BTW verhoging van toepassing op relatief veel dagelijkse producten. In grote lijnen vallen de volgende producten onder het lage BTW tarief:
- Voedingsmiddelen;
- Water;
- Agrarische producten;
- Geneesmiddelen en hulpmiddelen;
- Kunst, verzamelvoorwerpen en antiek;
- Boeken en periodieken;
- Bioscoopbezoek;
- Kapper;
- Fietsreparatie;
- Schoonmaakwerkzaamheden;
- Hotelovernachtingen;
- Personenvervoer.
Een restaurantbezoek valt ook onder het lage BTW tarief. Tenminste, het eten dat u in het restaurant eet. Drank valt grotendeels onder het lage BTW tarief, exclusief alcoholische dranken.
Gaan we het merken?
Jazeker, we gaan de BTW verhoging wel degelijk merken. Alhoewel de verhoging slechts 3% bedraagt en over het algemeen van toepassing is op goedkopere producten, betreft het wel producten die u relatief veel aanschaft. Denk aan de boodschappen en producten zoals boeken en tijdschriften. Hoewel de prijs per aankoopmoment niet veel scheelt tussen het nieuwe BTW tarief en het oude, telt dit aan het eind van het jaar wel op.
Een echtpaar van 50+ zonder inwonende kinderen is gemiddeld € 351,- per maand kwijt aan boodschappen. Bij het nieuwe BTW tarief zullen de kosten van dezelfde maandelijkse boodschappen € 360,93 bedragen, een stijging van € 9,93. Op jaarbasis betekent dit een stijging van € 119,21 aan enkel de boodschappen (bron).
Niet alleen de kosten voor de boodschappen zullen gaan stijgen. Wanneer u namelijk een schoonmaker in huis heeft zal deze ook over de verrichte werkzaamheden BTW rekenen.
Rekenvoorbeeld:
Oké, we gaan dus meer betalen, 3% meer, toch? Niet helemaal correct. Alhoewel de verhoging van 6% naar 9% gaat, wilt dit niet zeggen dat alles per definitie 3% duurder wordt. Het getal ligt wel in de buurt maar valt net wat lager uit. Hoe dat kan?
Dat kan als volgt:
Wanneer u in 2018 boodschappen koopt, betaald u hier 6% BTW over. Stel u koopt € 100,- aan boodschappen dan is dit bedrag inclusief 6% BTW. De verdeling is dan als volgt:
Boodschappen: € 94,34
BTW (6%): € 5,66
Totaal: € 100,-
Koopt u dezelfde hoeveelheid boodschappen in 2019 dan ziet de verhouding er als volgt uit:
Boodschappen: € 94,34
BTW (9%): € 8,49
Totaal: € 102,83
Huh?!
De verhoging is toch 3%? Waarom betaal ik dan maar € 2,83 meer en niet € 3,-?
Dat komt doordat de verhoging van toepassing is op het bedrag exclusief BTW. Om het nieuwe bedrag te berekenen, rekent u eerst uit wat iets kost zonder 6% BTW om het vervolgens te vermenigvuldigen met het nieuwe BTW tarief van 9%.
Neem nou een rollator. Stel deze kost € 350,- in 2018. Om te bepalen wat de rollator in 2019 kost, moeten we eerst kijken wat de rollator kost zonder BTW.
Dit doen we door de prijs van de rollator te delen door 1.06 (1 staat gelijk aan 100% en .06 staat gelijk aan 6%): € 330,19
Om vervolgens te bepalen wat de rollator in 2019 kost, vermenigvuldigen we dit bedrag met 1.09 (1 staat weer gelijk aan 100% en .09 staat gelijk aan 9%): €359,91.
De rollator uit het voorbeeld wordt dus ongeveer € 10,- duurder vanaf 2019.
Conclusie?
De BTW verhoging zit eraan te komen, hier kunnen we niet omheen. Het dagelijks leven zal hierdoor duurder worden. Op sommige producten gaat u de BTW verhoging meer voelen dan op andere producten.
Denkt u in de nabije toekomst producten of diensten nodig te hebben die in het begin van dit artikel werden genoemd? Dan kan het wel schelen om deze voor het eind van het jaar aan te schaffen. Denk hierbij aan rollators, scootmobielen, kunst of een hotelovernachting.
Laat een bericht achter